De vloeren uit onze collectie hebben verschillende typen kliksystemen. Ieder kliksysteem heeft een eigen manier waarop de panelen gelegd en in elkaar geklikt moeten worden. Deze leginstructies zijn terug te vinden op de verpakking van iedere laminaatvloer.
Om aanspraak te kunnen maken op de productgarantie is het altijd van belang bovenstaande leginstructie samen met de instructies op de verpakking nauwgezet op te volgen. Bij het niet leggen volgens de instructies vervalt de garantie.
De laminaatvloeren uit onze collectie zijn dankzij de toepassing van moderne kliksystemen eenvoudig zelf te leggen. De belangrijkste aandachtspunten bij het leggen van een laminaatvloer vind je hieronder.
Stap 1: Voorbereiding
- Voordat de vloer gelegd wordt, moet deze ten minste 48 uur acclimatiseren. Dit moet in de gesloten verpakking, in de ruimte waar de vloer gelegd zal worden bij een kamertemperatuur van minimaal 18 graden Celsius. Voor acclimatiseren leg je de pakken midden in de ruimte (niet tegen een wand), kruislings op elkaar gestapeld met een paar centimeter ruimte tussen de pakken onderling. Dit is nodig om er voldoende lucht tussendoor te laten circuleren.
- Laminaat breder dan 19 cm of langer dan 139 cm of dikker dan 8 mm moet in ieder geval 72 uur acclimatiseren en extra breed laminaat (39 cm) minstens 1 week, op dezelfde wijze als hierboven beschreven.
- De luchtvochtigheid in de ruimte dient tussen de 40% en 60% te liggen.
- De basisvloer moet vlak zijn. Het verloop van de vloer mag niet méér zijn dan 3 mm per strekkende meter; oneffenheden in het vloeroppervlak die groter zijn dan 2 mm moeten worden verwijderd.
- De basisvloer moet schoon en droog zijn. Is de vloer niet volledig droog of ligt er vloerverwarming/koeling, dan moet een dampdicht vochtscherm worden aangebracht onder de ondervloer.
- Het dampdichte vochtscherm moet altijd worden aangebracht in de volgende situaties: bij nieuwbouw of verbouw, bij vloerverwarming of vloerkoeling, wanneer er geen ventilerende kruipruimte onder de vloer ligt en ten slotte wanneer de aan te brengen ondervloer géén volledig dampdicht scherm bevat (bij veel zogenaamde combi ondervloeren is wel sprake van een dampwerend vochtscherm, maar dat is niet volledig dampdicht).
- Wanneer een ondervloer van foam of rubber (ondervloermateriaal op rol) wordt gelegd, mag deze niet dikker dan 3 mm en niet verend zijn. Bij gebruik van softboardplaten als ondervloer is dit niet aan de orde. Deze zijn stabieler.
- Vóór verwerking dient het laminaat gecontroleerd te worden op gebreken (beschadigingen, kleur- of glansverschillen). Panelen met gebreken mogen niet verwerkt worden. Deze vallen normaliter onder de fabrieksgarantie.
Stap 2: De vloer leggen
- De vloer moet voldoende vrij– met minimaal 10 mm afstand – geplaatst worden van wanden en andere vaste objecten in de ruimte, zoals verwarmingsbuizen en drempels.
- Voor grotere oppervlaktes moet per 10 strekkende meter (of bij maximaal 40 m2) een overgangsprofiel worden voorzien. Ook tussen verschillende ruimtes moet een overgangsprofiel voorzien worden met 8 à 10 mm ruimte. Deze dilatatievoegen zijn nodig voor het werken van de vloer.
- Vanwege de kans op (klein) kleurverschil is het raadzaam om planken uit verschillende pakken laminaat door elkaar heen te gebruiken.
Stap 3: Afwerking
- Voor een gedetailleerde afwerking van je laminaatvloer kun je gebruik maken van plakplinten en/of hoge plinten. Plakplinten mogen uitsluitend bevestigd worden met het dubbelzijdige tape dat is aangebracht op de achterzijde van de plint. Dit is noodzakelijk om ervoor te zorgen dat de vloer voldoende kan werken. Zodra de plakplinten worden gelijmd, gekit, gespijkerd of geniet is dat niet meer mogelijk met schade aan de vloer tot gevolg.
Voor specifieke vragen over het leggen van je laminaatvloer uit de collectie van Van Hardeveld Vloeren kun je contact met ons opnemen via het contactformulier. Of vraag om meer informatie bij je dealer.